Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Wet sociale werkvoorziening

 

Artikel 7
1
Indien een werkgever met een ingezetene die geïndiceerd is een dienstbetrekking als bedoeld in artikel 1, derde lid, aangaat, en de inpassing in de arbeid van betrokkene, met inbegrip van begeleiding op zijn werkplek, adequaat wordt verzorgd kan het college:
a
aan de werkgever een subsidie verstrekken; en
b
aan de begeleidingsorganisatie een vergoeding verstrekken voor de noodzakelijke kosten van arbeidsinpassing met inbegrip van de begeleiding van de geïndiceerde op zijn werkplek.
2
Op verzoek van de ingezetene die geïndiceerd is verstrekt het college in ieder geval een periodieke subsidie aan de werkgever aan wie op grond van het eerste lid subsidie kan worden verstrekt alsmede aan de begeleidingsorganisatie een periodieke vergoeding voor de noodzakelijke kosten van de begeleiding op de werkplek indien:
a
betrokkene een werknemer is of met inachtneming van artikel 12 en de daarop berustende regels recht heeft op aanbieding van een dienstbetrekking als bedoeld in artikel 2, eerste lid, door het college; en
b
het bedrag van de subsidie en de vergoeding omgerekend op jaarbasis niet meer bedraagt dan
(( A / B) x C)) - (D)
waarbij:
A staat voor de uitkering bedoeld in artikel 8, eerste lid;
B staat voor het op grond van artikel 8, tweede lid, vastgestelde aantal bij de uitkering, bedoeld in artikel 8, eerste lid, behorende minimumaantal arbeidsjaren;
C staat voor 1 als de ingezetene is ingedeeld in de arbeidshandicapcategorie matig en voor 1,25 als hij is ingedeeld in de arbeidshandicapcategorie ernstig;
D staat voor de voor het college rechtstreeks aan de subsidieverlening verbonden uitvoeringskosten omgerekend op jaarbasis.
3
Indien op grond van het tweede lid een periodieke subsidie wordt verleend kan het college aan de werkgever een vergoeding verstrekken voor de eenmalige noodzakelijke kosten van aanpassing van de omstandigheden waaronder de arbeid wordt verricht.
4
Het college kan op verzoek van de ingezetene die geïndiceerd is en die het college schriftelijk heeft meegedeeld in verband met het tweede lid een werkgever te zullen zoeken, een door die ingezetene aangewezen begeleidingsorganisatie inschakelen ten behoeve van de totstandkoming van een dienstbetrekking.
5
Een periodieke subsidie op grond van dit artikel wordt, in afwijking van artikel 4:32 van de Algemene wet bestuursrecht, verleend zolang de dienstbetrekking duurt en de inpassing in de arbeid van betrokkene, met inbegrip van begeleiding op zijn werkplek, adequaat wordt verzorgd.
6
Zo nodig in afwijking van het vijfde lid worden de periodieke subsidie en de periodieke vergoeding voor de noodzakelijke kosten van de begeleiding op de werkplek beëindigd:
a
indien de werknemer blijkens een onaantastbaar geworden herindicatiebeschikking niet langer tot de doelgroep behoort, zodra voor hem een alternatieve opvangmogelijkheid feitelijk beschikbaar is of door zijn toedoen niet beschikbaar komt dan wel zodra hij een aanbod tot passende arbeid onder normale omstandigheden heeft geweigerd;
b
indien de werknemer niet meewerkt aan een herindicatie overeenkomstig de daaromtrent bij of krachtens algemene maatregel van bestuur gestelde regels;
c
indien de werknemer niet voldoet aan artikel 6, eerste lid.
7
Zo nodig in afwijking van de artikelen 670 en 670a van titel 10 van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek kan de werkgever de dienstbetrekking opzeggen indien de periodieke subsidie op grond van het zesde lid niet langer wordt verleend.
8
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld met betrekking tot de toepassing van het eerste tot en met vierde lid.
9
De voordracht voor een krachtens het achtste lid vast te stellen algemene maatregel van bestuur wordt niet eerder gedaan dan vier weken nadat het ontwerp aan beide kamers der Staten-Generaal is overgelegd.
10
De gemeenteraad stelt bij verordening nadere regels met betrekking tot de toepassing van het tweede tot en met het vierde lid door het college. De regels, bedoeld in de eerste zin, hebben in ieder geval betrekking op:
a
de wijze waarop de hoogte van de periodieke subsidie aan de werkgever dient te worden vastgesteld;
b
de hoogte van de voor het college rechtstreeks aan de subsidieverlening verbonden uitvoeringskosten omgerekend op jaarbasis;
c
de voorwaarden waaronder het college aan de werkgever een vergoeding verstrekt voor de eenmalige noodzakelijke kosten van aanpassing van de omstandigheden waaronder arbeid wordt verricht; en
d
de voorwaarden waaronder het college een begeleidingsorganisatie inschakelt die door de Wsw-geïndiceerde zelf is aangewezen.


Jurisprudentie bij dit artikel

  • Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.

  • LJN AD9467, Hoger beroep, 01/1176 WSW
    Rechtsoort
    Sociale zekerheid
    Datum uitspraak
    24-01-2002
    Status
    gepubliceerd
    Soort procedure
    Hoger beroep
    Instantie
    gepubliceerd
    Rechtsoort
    Centrale Raad van Beroep
    01/1176 WSW U I T S P R A A K in het geding tussen: het Dagelijks Bestuur van Integrale Bedrijven Noordoost-Noord-Brabant, appellant, en [gedaagde], wonende te [woonplaats], gedaagde. I. ONTSTAAN EN LOOP VAN HET GEDING Namens appellant is op de daartoe bij beroepschrift aangevoerde gronden hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de rechtbank 's...
  • LJN BA1453, Eerste aanleg - enkelvoudig, AWB 06/4305
    Rechtsoort
    Sociale zekerheid
    Datum uitspraak
    12-03-2007
    Status
    gepubliceerd
    Soort procedure
    Eerste aanleg - enkelvoudig
    Instantie
    gepubliceerd
    Rechtsoort
    Rechtbank 's-Hertogenbosch
    Weigering ziektewetuitkering arbeidsgehandicapte werknemer. Arbeidsongeschiktheid niet aangevangen in de vijf jaar na aanvang van de dienstbetrekking.
  • LJN BC6566, Eerste aanleg - enkelvoudig, AWB 07/2251
    Rechtsoort
    Bestuursrecht overig
    Datum uitspraak
    18-02-2008
    Status
    gepubliceerd
    Soort procedure
    Eerste aanleg - enkelvoudig
    Instantie
    gepubliceerd
    Rechtsoort
    Rechtbank 's-Hertogenbosch
    Het verzoek tot vergoeding van een aangepaste chauffeursstoel is door verweerder afgewezen omdat het niet om een individueel aangepaste stoel maar een individueel ingestelde stoel gaat. Verweerder heeft naar het oordeel van de rechtbank geenszins onderbouwd dat ten tijde in geding de aanschaf van de litigieuze ergonomische chauffeursstoel ...
  • LJN AT8137, Hoger beroep, 03/2493 WSW
    Rechtsoort
    Sociale zekerheid
    Datum uitspraak
    16-06-2005
    Status
    gepubliceerd
    Soort procedure
    Hoger beroep
    Instantie
    gepubliceerd
    Rechtsoort
    Centrale Raad van Beroep
    Is terecht besloten dat betrokkene niet langer tot de doelgroep van de WSW behoort? Procesbelang. Personenkring WSW.
  •